Medicijnen voor de kinderen van de vuilnisbelt
Wanneer mensen op vakantie gaan in een land als Cambodja nemen ze over het algemeen allerlei medicamenten en medische attributen mee. Spul tegen diarree, of juist om dat op te wekken, anti-uitdrogingspoeder (en oh wat is dat smerig!), steriele naalden, ontsmettingsmiddel, verband, pleisters, antibiotica, etc. Veel daarvan blijft ongebruikt. Maar omdat de gemiddelde reiziger de rugtas heeft volgepropt met allerhande exotische snuisterijen voor thuis, is men maar wat blij als ze van die ongebruikte medicamenten af kunnen. Er wordt mij dan ook bij voortduring gevraagd of ik het wellicht wil hebben voor de school in Anlong Khong. Dankbaar neem ik alles in ontvangst. Doch ik heb 1 probleem; er is niemand die weet hoe je het moet gebruiken!
In Anlong Khong is een paar jaar geleden een medische post gebouwd. De destijds aangestelde arts heeft er echter de brui aan gegeven en zo staat de post al tijden leeg. (zo heb ik me laten vertellen) Er is op dit moment dus niemand in Anlong Khong die verstandig met medicijnen om weet te gaan. De pleisters, jodium en verbandjes wil ik wel aan de school geven, maar de zwaardere middelen en naalden durf ik niet in ondeskundige handen achter te laten. Ik heb mijn oor te luister gelegd en zo heeft een juiste bestemming zich vanzelf aangediend.
In Phnom Penh ligt een van die vreselijke vuilnisbelten die we van beelden uit de Derde Wereld kennen, Stueng Mean Chey. Een enorme zompige, stinkende en rokende berg waarop circa 600 mensen dagelijks een inkomen bij elkaar proberen te sprokkelen, letterlijk. Bovenop de vuilnisbelt verdringen volwassenen, tieners, maar ook kleine kinderen, zich om de beste stukken plastic, hout en metaal uit het vuilnis te prikken. Dit kunnen zij inleveren bij recyclebedrijven en ontvangen zo een klein inkomen. Deze ‘Garbage-Pickers' wonen in hutjes rondom, en soms zelfs bovenop!, de vuilnisbelt. Infecties aan handen en voeten, onhygiënisch voedsel gecombineerd met een nog onhygiënischer omgeving, ongelukken omdat mensen overreden worden door vuilniswagens of verdrinken in de zompige berg tijdens het regenseizoen. Walgelijk.
Niet meer dan logisch dat er een aantal NGO's is opgestaan om deze groep mensen te helpen. Vooral voor de kinderen van Stueng Mean Chey zijn er gelukkig kansen op een betere toekomst.
Iemand wees mij op PSE, een organisatie voor kinderen van de vuilnisbelt met een eigen ziekenhuis! Dit leek me de uitgelezen plek om de medicijnen aan te doneren. Bewapend met mijn plastic tas vol medische spulletjes ben ik hen gaan opzoeken. In gedachten zag ik een klein gebouwtje naast de vuilnisbelt voor me waar een man in een witte jas, gedreven doch vermoeid door alle ellende waarin hij zich dagelijks bevind, dolgelukkig mijn plastic tasje in ontvangst zou nemen en mij hartelijk de hand zou schudden. Dat liep alleen even iets anders. Aangekomen bij PSE, dat een kilometer van de vuilnisbelt ligt, zag het centrum er iets anders uit dan ik verwacht had. Gigantisch groot en lijkt op Center Parcs! Het is een prachtig complex met verschillende trainingsruimten waar kinderen beroepsonderwijs krijgen. Sportactiviteiten, bloemen overal, een winkel, een restaurant en een modern medisch centrum.
Dat laatste heb ik alleen niet van binnen te zien gekregen. Mijn medicijnen mocht ik bij de receptie afgeven. De dame achter de balie zal er voor zorgen dat de spullen bij de arts terechtkomen. Een zakelijk ‘Thank you' en ik stond weer buiten. Het liep misschien niet helemaal zo romantisch als ik verwacht had, maar het gaat erom dat de spullen goed gebruikt worden en ik ben ervan overtuigd dat dat zit wel snor zit.